vrijdag 12 november 2010

Restjesdag






Eigenlijk wou ik een tafelloper voor kerst gaan vilten. In afwachting van een grote zending wol ben ik om een of andere duistere reden 's avonds begonnen met het vilten van grassprieten. Wat moet je anders met écht het laatste restje wol in, ja, groen dus. Gisteren is tot mijn vreugde een grote doos met wonderschone nieuwe wol garriveerd. Behalve de door mij veel gebruikte merino heb ik, zoals meestal, ook wol van andere schapenrassen besteld, wiens namen alleen al voldoende zijn om mij in verrukking te brengen. Urenlang kan ik het pakket ongeopend laten staan, een afwijking die nog man, nog kind begrijpen. Terwijl ik koelbloedig noodzakelijke huishoudelijke handelingen verricht, werp ik af en toe een verliefde blik op het grote kartonnen geval. Dan is het eindelijk zo ver. Ik toon mijn iewat onzeker overkomend gezin bergen wol en vertel met opgewonden stem wat niemand wil horen.
q
Eigentlich wollte ich einen Tischläufer für Weihnachten filzen. Während meine große Wollbestellung schon unterwegs war, begann ich aus unerklärlichen Gründen abends mit dem filzen von Grashalmen. Aber was kann man schon anfangen mit dem wirklich allerletzten Rest Wolle in, ja, grün? Gestern ist mein Riesenpaket angekommen. Außer der von mir viel verwendeten Merinowolle habe ich, wie üblich, auch Wolle von anderen Rassen, deren Namen mich in Entzückung bringen, bestellt. Stundenlang kann ich das Paket ungeöffnet stehen lassen, eine Eigenart, die weder Mann noch Kind begreifen. Ab und zu werfe ich einen verliebten Blick auf den großen Karton und mache mich mit Todesverachtung im Haushalt nützlich. Und dann ist es endlich soweit. Meiner etwas unsicher wirkenden Familie wedle ich mit Wollbüscheln vor der Nase herum und erzähle mit vor Begeisterung überschlagender Stimme was keiner hören will.